donderdag 4 oktober 2012


Veiliger naar school


Vanaf 1 september begeven honderdduizenden kinderen en jongeren zich opnieuw naar school. Dat is niet zonder risico. Daarenboven is september een van de meest verkeersonveilige maanden voor kinderen. Het is net of veel scholieren vergeten zijn hoe ze zich in het verkeer dienen te gedragen en hoe het verkeerssysteem functioneert.
Hieronder volgen enkele tips die veel narigheid kunnen voorkomen.

Vooraf: de schoolroute bewust kiezen

Veel ouders herinneren zich dat zij, indertijd, de kortste route van huis naar school en terug moesten volgen, omwille van de schoolverzekering. Die voorbijgestreefde verplichting geldt al lang niet meer. De schoolverzekering slaat op de normale, de dagdagelijkse route. Dat houdt in dat iedereen de schoolroute bewust kan kiezen, rekening houdend met de (verwachte) veiligheid. Je kunt ook huiswaarts keren langs een andere weg als die van huis naar school.
Ouders met schoolgaande kinderen worden aangeraden om einde augustus de nieuwe route, die hun kinderen vanaf 1 september zullen volgen, samen te verkennen, zo nodig meermaals, en de gevaarlijke plaatsen aan te duiden en te bespreken. Tevens kunnen er concrete afspraken worden gemaakt, zoals: je steekt de weg over op plaats x en niet op plaats y.

Ouders zijn niet altijd een goed voorbeeld

Wie kritisch rondkijkt in om het even welke schoolomgeving, merkt het onmiddellijk: het onveilig gevoel dat de kinderen doorgaans hebben, wordt in hoofdzaak teweeggebracht door ... ouders!
Doe het bij voorkeur zo:
  • Laat jonge kinderen in en uit de auto stappen aan de zijde van de huizenrij, niet aan de kant van het rijverkeer. Ze geven een hand aan de begeleider (geen kind van dezelfde leeftijd of jonger!).
  • Kinderen, jonger dan zowat 8 jaar, laten we zeker niet zelfstandig naar school stappen. Ze worden best begeleid door een ouder kind of een volwassene.
  • Kinderen, jonger dan zowat 10 jaar, laten we zeker niet zelfstandig naar school fietsen. We zorgen voor begeleiding door een volwassene. Het kind fietst dan ofwel voorop, ofwel rechts naar de begeleider, ofwel op het rechts gelegen trottoir (als het min dan 9 jaar is en met een kinderfiets rijdt).
  • Kinderen die met de auto worden gehaald of gebracht, stappen niet uit aan de kant van het rijverkeer, wel aan de kant van de huizenrij. Stop bij voorkeur aan de kant van de school, indien mogelijk iets voorbij de school (dan stapt je kind tegen de rijrichting in, met zicht op het gevaar).

Overstekende voetgangers

Bestuurders - fietsers incluis - moeten voorrang verlenen aan de voetgangers die aan het oversteken zijn op een zebrapad, alsook aan hen die op het punt staan er over te steken. Voetgangers moeten dus uitkijken en nagaan of zij die voorrang wel krijgen! We leren kinderen dat ze, wanneer een bestuurder stopt aan de ene kant van het zebrapad, zij ook naar de andere kant moeten kijken. We vertellen hen zeker niet dat ze op een zebrapad voorrang 'hebben', want dat steken ze pardoes over!
Om over te steken, gaat een kind best als volgt te werk:
  • stop voor de boordsteen
  • kijk tweemaal na elkaar naar elke kant, aan een kruispunt naar alle kanten
  • wacht tot de naderende bestuurders zijn gestopt, of voorbijgereden
  • steek recht en rustig over en kijk afwisselend naar beide kanten.

Kinderen in de auto

In de auto moet iedereen de gordel dragen of worden vastgemaakt in een bevestigingssysteem. De enige overblijvende uitzondering is de bestuurder die kleiner is dan 1,50 m. Kinderen, jonger dan 12 jaar mogen voorin plaatsnemen, mits ze worden beveiligd door een gordel of een bevestigingssysteem.
In een personenauto mogen er in niet meer inzittenden plaatsnemen dan het aantal beschikbare gordels. Alle kinderen jonger dan 12 jaar moeten (september 2005) in de gordel. Geen sprake meer van 5 kinderen op de achterbank!